Tot zijn deportatie verbleef hij op Brinkgreven, Brinkgreverweg 248: (op foto: oude ingang Brinkgreven).
naam | geboren te | datum | overleden te | datum |
Hartog van Adelsberg | Groningen | 29-06-1889 | Sobibor | 23-04-1943 |
Hartog zat van 9 september 1896 tot 12 juni 1905 op de Groningse dovenschool. Volgens de gegevens van de school was hij doof geboren. Behalve dat Hartog doof was, was hij ook slechtziend. Hij leerde op het Blindeninstituut in Amsterdam braillelezen (bron: dovenshoah.nl).
Hartog leerde het vak van kleermaker en werkte in Hamburg en Emden.
Hartog is in 1913 met zijn vader en broers en de tweede vrouw van zijn vader vanuit Groningen naar Amsterdam verhuisd.
In 1923 is hij in Bloemendaal terechtgekomen, waar hij verbleef in psychiatrisch ziekenhuis Santpoort, maar werd in 1942 geëvacueerd met een paar andere joodse patiënten naar Brinkgreven; dit vanwege de "Atlantic-wall", de door de Duitsers aan te leggen verdedigingslinie aan de kuststrook.
Hij verbleef op 13-4-1943 in een paviljoen Meynert (zie foto links) op Brinkgreven toen de politie hem kwam halen met de andere joodse patiënten uit Brinkgreven. Daar kwam hij dezelfde dag aan in Kamp Westerbork (barak 3) en met de eerstvolgende trein, op 20 april 1943, werd hij naar Sobibor gedeporteerd, waar hij bij aankomst drie dagen later is vergast.