door kleinzoon Ruben Weijl
Tot dat hij moest onderduiken vanaf het voorjaar 1942 woonde hij aan de Johannes Sinthenstraat 24:
naam | geboren te | datum | overleden te | datum |
Valk van Spiegel | Teuge | 26-11-1897 | Oxerhof te Oxe | 06-04-1945 |
Op de foto rechts de woning aan de Johannes Sinthenstraat 24 omstreeks 1950 met op de fiets een dochter van Valk.
Valk van Spiegel (bron foto: NIOD) werd geboren op 27 november 1897 in Teuge. De familie woonde in het pand dat later bekend zou worden als café-restaurant de Zwaan. Hij had twee zussen, Saartje en Evaline en één broer, Marcus. Zijn ouders Abraham van Spiegel en Betje van Engel hadden een slagerij. Voor beide families was dit een bekend beroep. Broers en (voor)ouders waren in Deventer, en later ook in Twello, actief in de vleessector. De Van Spiegels en Van Engels deelden nog een overeenkomst. Voorouders van beide families waren rond 1800, waarschijnlijk door de sociaal economische omstandigheden in die tijd, uit Duitsland gekomen (Warburg en Kleve).
Valk kende een lastige start, zijn moeder overleed toen hij één jaar was. Zijn vader hertrouwde in 1901 met Rosetta van Engel. Zij was de zus van Valk’s moeder. De familie woonde aan de Nieuwe Markt 10 in Deventer waar Abraham een slagerij had en, samen met Samuel Gosschalk, een slachterij. Valk kreeg nog één stiefzus, Betje, en één stiefbroer Maurits Theodoor (bekend van Van Spiegel dansschool). Valk doorliep de Deventer Handels school aan de Ooievaarstraat.
Op 10 juni 1923 tijdens de Deventer Kermis heeft Valk een 1e afspraak met Marie-Louise Schladen. Deze jonge dame (1904) is afkomstig uit Duitsland (Kiel). Zij komt op 17 jarige leeftijd met haar vader en broer, na de 1e Wereldoorlog en kort na het overlijden van haar moeder, naar Nederland. Haar vader werkt een jaar bij ijzergieterij Nering Bögel, maar kan niet aarden in Nederland en vertrekt weer.
Marie Louise blijft in Nederland en werkt onder meer in de Buitensociëteit op de Worp. De relatie met Valk komt tot bloei maar gemakkelijk is het zeker niet. Haar haar Duitse en niet joodse afkomst speelt het koppel parten. Op de foto (bron Ruben Weijl) rechts Valk en Marie-Louise in Deventer.
Valk van Spiegel was werkzaam als vertegenwoordiger bij schoenenfabrikant Greve uit Waalwijk, en lid van de Deventer handelsreizigersvereniging. Hij reisde voor dit werk door heel Nederland en woonde ook daarom twee jaar in Utrecht (1927 – 1929). In het voorjaar van 1929 keert hij terug naar Deventer. Zijn vader Abraham is in maart overleden en hij gaat bij zijn stiefmoeder (Rosetta van Engel) wonen aan de Nieuwe Markt 16, om haar te ondersteunen.
Valk en Marie Louise trouwen pas op 2 april 1930 en krijgen vier kinderen (Irma, Bram, Betty en Annelise). Links een familiefoto uit 1938, bron Ruben Weijl).
In de jaren 30 is Valk betrokken bij de oprichting van de Deventer begrafenisvereniging ‘Coöp: Onderlinge Begrafenisvereniging “Deventer” G.A. Deze vereniging is een initiatief van ledenverzekerden A.A.Z.D. (afdeling Deventer). Van deze vereniging is hij een paar jaar voorzitter tot aan mei 1941.
Bij de start van de 2e Wereldoorlog woont de familie aan de Johannes Sinthenstraat 24. Deze eerste oorlogsperiode verloopt relatief rustig maar dit verandert in het voorjaar van 1942. Op een avond, de morellenbloesem bloeide, belt politieagent Ruchtie aan. Hij meldt de familie dat hij heeft vernomen dat Valk de volgende ochtend opgepakt wordt. Valk vertrekt nog diezelfde nacht naar een onderduikadres, en zijn vrouw en kinderen vinden in de nachtelijke uren onderdak in de Assenstraat 22 bij de familie Bruinsma (tegenover de MMS). In de daarop volgende jaren verblijft Valk op diverse adressen, in het achterland tussen Twello en Apeldoorn (onder meer: de Kadijk school bij Nijbroek en bij de familie Hissink die in Apeldoorn een groothandel hadden).
Valk sluit zich al vroeg aan bij het verzet, onder de schuilnaam ’Felix‘. Hij blijft dit werk ook doen in de jaren dat hij ondergedoken zit, daarbij geholpen door zijn vrouw. Hij maakte deel uit van de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers en hij zat in de Deventer groep van Van den Dool (Valk en Berend Jan waren buurtgenoten uit de Zwolsche wijk). Hij hield zich bezig met hulp aan onderduikers, met illegale levensmiddelenvoorziening voor Westerbork en met vervalsingen van documenten. Hij was tevens lid van de Binnenlandse Strijdkrachten. Zijn vrouw zat ook in het verzet en de woning aan de Assenstaat was in de oorlogsjaren een ontmoetingsplaats voor verzetswerk en een plek waar diverse Joodse mensen tijdelijk onderdak vonden, op weg waren naar onderduikadressen.
In zijn onderduikjaren bezoekt Valk een enkele keer zijn gezin in de Assenstraat. Zo ook op 28 maart 1945, vlak voor zijn 15 jarig huwelijksfeest en een paar dagen voor de bevrijding van Deventer. In de avonduren is er een Duitse inval, vermoedelijk door verraad. In de consternatie en paniek van het deurgebonk weten een aantal op dat moment aanwezige joodse onderduikers via de route van verbonden gewelven kelders richting Brink/Polstraat (pand met opschrift ‘Loenen zaadhandel’) te ontkomen. Voor Valk ontbreekt de tijd en hij wordt opgepakt.
Bij de nadering van de Canadese troepen is hij, met negen andere gevangenen, op 6 april 1945 op het landgoed Oxerhof (buurtschap Oxe, destijds gemeente Diepenveen) om het leven gebracht. Hij is later herbegraven op het ereveld in Loenen.
Lees hier meer over het Oxer-drama.
Marie Louise en hun vier kinderen zijn na de oorlog, en met de hulp van de familie Loderus (lid van de verzetsgroep Van den Dool), in 1946, teruggekeerd naar de Johannes Sinthenstraat 24.
© Ruben Weijl (kleinzoon van Valk van Spiegel)